Een intrigerende mix aan tekst en tekening, aan taal, associaties, weetjes en
waarheden. Als kunstenaar Jan Rothuizen (Amsterdam, 1968) door de stad wandelt,
vangt hij van alles uit de lucht dat hij samenbrengt in één tekening. Zijn
plattegronden zijn bundelingen van persoonlijke verhalen, herkenbare punten,
bezienswaardigheden en historische feiten. Zelfs als je nog nooit op de plek
geweest bent, geeft hij je het gevoel dat je het kent, dat je er eerder al eens
was.
Zijn tekeningen hebben veel lagen informatie die hij op zijn eigen manier
ordent. Door zijn oprechte kijk en scherpe grafische stijl hebben zijn
tekeningen een bijzondere helderheid. Voor het project Camping Cunen voegt
Rothuizen nu ook Oss toe aan zijn grotere serie De Zachte Atlas. Maar niet
alleen zijn eigen belevingswereld komt aan bod tijdens zijn ontdekkingstochten.
Hij verruimt zijn blikveld door de mensen die hij ontmoet een stukje mee te
laten wandelen op zijn associatieve reis. Deze liefdevolle en nieuwsgierige
weergaven van mensen in hun meest persoonlijke omgeving – een kamer in hun huis-
noemt hij ‘portretten’. Zo neemt hij je mee naar de woonkamer van ‘Kinky
Denise’, een webcamgirl of van zijn oude benedenbuurvrouw.
Beeld: Jan Rothuizen, Javaplein
Museum Jan Cunen
Venue
Upcoming events
There’s no upcoming events
Past events
Vanaf 29 januari 2022 presenteert Museum Jan Cunen met trots een grote
solotentoonstelling van Erwin Wurm (Bruck an der Mur, Oostenrijk 1954). Voor het
eerst toont de kunstenaar een dwarsdoorsnede van zijn werk, van Narrow Furniture
tot One Minute Sculptures, in de context van een monumentaal pand. Het
voormalige woonhuis Villa Constance, waarin het museum is gevestigd, is daarbij
niet alleen locatie, maar ook gesprekspartner. Want wat is eigenlijk een huis?
Voor Erwin Wurm is een huis als een tweede huid, een laag om onze eigen huid
heen. ‘Het huis biedt bescherming en geeft ons zekerheid, maar is ook een
statussymbool waarmee we pronken. Kijk maar naar de rijkgedecoreerde hal van de
villa. Het zegt iets over onze identiteit; misschien gaan we er – net als bij
een auto of een hond – zelfs een beetje op lijken. Met alle technologische
ontwikkelingen kun je je afvragen hoe dat in de toekomst zal zijn; worden we dan
echt één met onze bezittingen? Kan een lichaam ook een huis zijn?’
Beeld: Erwin Wurm, The Idiot II, 2003, mixed media, performed by the artist ©
Erwin Wurm, Pictoright Amsterdam 2022
Wanneer kom je dichter bij iemand dan in zijn badkamer? Ondanks dat we in het
hyperrealistische schilderij Zelfreflectie in badkamerspiegel het gezicht van de
kunstenaar niet zien, is het onmiskenbaar een zelfportret. Op de wastafel zien
we welke handzeep, tandenborstel en tandpasta de kunstenaar gebruikt. In de
spiegel – een eeuwenoud compositorisch trucje om de kijker de voorstelling in te
trekken – zien we het donkerblauwe T-shirt én de zorgvuldig geschilderde
borstharen van de maker: Thijs Jansen (1986). Best intiem. Wie verder gluurt,
heeft het genoegen hem uiteindelijk tóch te kunnen aankijken. Want wat de
spiegel niet prijsgeeft, onthult het reflecterende chroom van de kraan.
Beeld: website Museum Jan Cunen
Beeldend kunstenaar en acrobaat: Isabelle Wenzel (1982) is het allebei. Het is
dan ook niet gek dat haar lenige lichaam het onderwerp is van haar eigenzinnige
foto’s, waarop zij zichzelf in de meest lastige posities wringt. Voor deze
nieuwe fotoserie ‘Bored in the house’ vouwt Wenzel zichzelf over een kledingrek,
raakt ze verstrikt in toiletpapier of balanceert zij op een wankele tuinstoel.
En dat allemaal in en rondom haar eigen huis: de plek waar zij de afgelopen
anderhalf jaar – net als menig ander – noodgedwongen veel tijd heeft
doorgebracht. Geheel toepasselijk zijn meer dan honderd foto’s uit de serie,
aangevuld met werken van lokale kunstenaars die reageren op de lockdown, te zien
in Museum Jan Cunen, gevestigd in een voormalige woonvilla. Mede dankzij deze
surrealistische, vervreemde en soms zelfs humoristische beelden, is het er in
het museum – anders dan de titel van Wenzels’ fotoreeks doet vermoeden –
allesbehalve saai.
Zaaloverzicht Museum Jan Cunen
‘I’m bored in the house, and I’m in the house bored.’ De tekst van het nummer
van Tyga en Curtus Roach beschrijft zo’n beetje ieders mood van het afgelopen
jaar. Zo ook die van Isabelle Wenzel (Wuppertal, Duitsland 1982). Niet door
eenzaamheid, stilte of verveling, maar door een aanhoudende herhaling van de
dagelijkse drukte van een jong gezin binnen de muren van een appartement. ‘Deze
fotoserie ontstond door de behoefte om in alle luidruchtigheid een momentje voor
mezelf te vinden. Op ieder moment dat zich daarvoor leende, maakte ik werk.’
Haar werkwijze bleef even intuïtief als anders. Met het grote verschil dat alles
zich nu in haar woning afspeelt. ‘In ieder werk zie je hoe ik me op dat moment
voelde. Als een kamerplant, die eigenlijk buiten in de natuur zou moeten staan,
maar binnen wordt gehouden. Of dat je soms gewoon even met je hoofd tegen de
muur zou willen bonken.’ In de opgelegde bescherming van het huis klimt ze tegen
de muren op of hangt ze lusteloos over een open deur gedrapeerd. Vervreemdende
taferelen, die tegelijk zo herkenbaar zijn en uitdrukking geven aan hoe we ons
soms allemaal voelen.
Werk van Isabelle Wenzel was eerder te zien in de tentoonstelling Naakt of
bloot?. In de solo Bored in the House toont ze meer dan 100 recente werken, die
gemaakt zijn in haar appartement en nu voor het eerst als serie tentoongesteld
worden op de zolder van Villa Constance.
De dagen in lockdown zijn door Jan Cunen benut om in zijn eigen collectie en
geschiedenis te duiken. Wat doet reclameverlichting van Unox in museaal bezit?
Wat heeft Blue Band te maken met Oss? Wie waren Jan Cunen en Constance, de
naamgevers van het museum en de villa? Waarom is Oss de archeologische
schatkamer van Nederland en hoe komen we aan topstukken van Isaac Israels, Jan
Toorop en Hendrik Willem Mesdag? Deze tentoonstelling neemt je mee op reis door
de verhalen achter de werken uit de omvangrijke verzameling.
Hoogtepunten uit de collectie, minder bekende vondsten en een paar bijzondere
logees vertellen samen ontelbare bijzondere verhalen. Over de oudste bewoners
van Oss en het Maasland, maar ook over de rijke lokale industriële geschiedenis,
nauw verbonden met de oud-bewoners van Villa Constance. Over de functies van de
kamers van het voormalige woonhuis en de kunst die er wordt getoond en
verzameld: van Haagse School en Nederlands impressionisme tot uitdagend
hedendaags, dat vaak weer op een spannende manier verwijst naar het verleden.
Jan Cunen blijft thuis is een plezierig bonte tentoonstelling die past bij deze
roerige tijd. We zoeken het dicht bij huis, maar dat blijkt een garantie voor
inspiratie en vele onverwachte ontmoetingen. Je komt oog in oog met enorme
mammoetbotten, worstmachines, ontwerptekeningen van tapijtenfabriek Bergoss of
kunstwerken van Hendrik Willem Mesdag, Thérèse Schwartze, Jan Toorop en David
Bade.
We hebben een onverwachte tentoonstellingsruimte toegevoegd aan de historische
Villa Constance: onze toiletten. Kunstenaar Koos Buster is de eerste die de
ruimtes transformeert met zijn keramieken voorwerpen.
Het lijkt wat apart, kunst op de wc. Maar in de tijd dat stadsarchivaris Jan
Cunen, naamgever van het museum, begon met de aanleg van een gemeentelijke
collectie, verzamelde hij die op de plek waar zich nu de toiletten bevinden.
Genoeg reden om de kleinste kamertjes om te toveren tot tentoonstellingsruimten;
een plek waar je een-op-een tijd doorbrengt met de kunstwerken.
Kunst op de wc biedt meerdere jonge kunstenaars een podium voor deze
tentoonstellingsreeks. Koos Buster (1991) neemt de eerste editie voor zijn
rekening. De wc-thematiek is hem op het lijf geschreven. Koos studeerde in 2018
af aan de Gerrit Rietveld Academie met een levensgrote schoonmaakkar, compleet
met flessen reinigingsmiddel, een mop in de hoek en een ‘klassieke’ gele
vaatdoek op de vloer. Alles gemaakt van keramiek. Door het gewone, onopgemerkte
te reproduceren in keramiek viert hij het banale.
‘De wc is een van de beste plekken om werk te hebben hangen, want daar nemen
mensen echt de tijd.’ – Koos Buster
Koos Buster vestigt de aandacht op alles wat er in deze ogenschijnlijk saaie
ruimten maar te zien is. Luchtverfrissers, brandmelders of stopcontacten: Koos
dupliceert ze in zijn eigen, ietwat wiebelige handschrift, waarmee hij ieder
object een eigen karakter geeft. De bril van Jan Cunen, het collectiestuk dat
het verhaal achter deze alledaagse plek prijsgeeft, wordt door hem onder een
handgemaakte glazen stolp geplaatst. Koos slaat zo de brug naar het verleden en
maakt op eigenzinnige wijze een stukje Osse geschiedenis zichtbaar.
Beeld: persbericht Jan Cunen